Home  > Nieuws

Nieuwe aanpassing van de verordening inzake dierlijke bijproducten

17 november 2022

De Europese Commissie is van plan een aanvulling op Verordening (EG) nr. 1069/2009 op te stellen waarin de eindpunten voor bepaalde organische meststoffen en bodemverbeteraars worden vastgesteld, zodat deze kunnen opgenomen worden als grondstof (CMC – Component Material Categories) voor de productie van meststoffen volgens de Verordening (EU) 2019/1009. Tot nu toe waren nog geen dierlijke meststoffen opgenomen als CMC in de verordening. Daartoe wordt een gedelegeerde verordening van de Commissie opgesteld die ook betrekking heeft op mest en van mest afgeleide producten.

Nieuwe aanpassing van de verordening inzake dierlijke bijproducten

Volgens de verordening inzake dierlijke bijproducten (Verordening (EG) 1069/2009) vormt een product dat zijn eindpunt in de productieketen heeft bereikt, niet langer een risico voor de volksgezondheid en de diergezondheid. Na het bereiken van dit eindpunt, valt het niet langer onder deze verordening inzake dierlijke bijproducten, maar kan het vallen het onder de EU-verordening inzake meststoffen (Verordening (EU) 2019/1009) en kan het dus binnen de EU als meststof worden verhandeld. Het voldoen aan de VO 2019/1009 is echter geen verplichting.

Volgens het voorgenomen initiatief worden de volgende van mest afgeleide producten geacht het eindpunt als organische meststoffen en bodemverbeteraars te hebben bereikt:

1. As van verbrandingsinstallaties die mest en van mest afgeleide producten verwerken (dit is echter niet voor Vlaanderen van toepassing, omdat deze praktijken niet toegelaten zijn in Vlaanderen).

2. Biogasvergistingsresiduen, zoals digestaat, die voldoen aan de eisen voor hygiënisatie (min. 70 °C gedurende min. 60 minuten) en getest zijn op en voldoen aan de grenswaarden voor ziekteverwekkers volgens VO 1069/2009.

3. Compost, die voldoet aan de eisen voor hygiënisatie (min. 70 °C gedurende min. 60 minuten) en getest is op en voldoet aan de grenswaarden voor ziekteverwekkers volgens VO 1069/2009.

4. Verwerkte mest of frass die aan de volgende voorwaarden voldoen;

  • Zij moeten afkomstig zijn van een bedrijf voor afgeleide producten voor gebruik buiten de voederketen of van een biogas- of composteerinstallatie of van een installatie voor de vervaardiging van organische meststoffen of bodemverbeteraars.
  • Zij voldoen aan de eisen voor hygiënisatie (min. 70 °C gedurende min. 60 minuten) en zijn getest op en in overeenstemming met de grenswaarden voor ziekteverwerkers volgens VO 1069/2009.
  • Zij zijn onderworpen aan een vermindering van sporenvormende bacteriën en toxinevorming, wanneer deze als een relevant gevaar zijn aangemerkt.

Deze aanvulling is nog niet in werking getreden. Zij treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.